Voedselallergie of voedselintolerantie? Dit is het verschil

Fysiek ongemakkelijke reacties op voedingsmiddelen komen steeds meer voor. Ze kunnen op alle leeftijden ontstaan en verschillende klachten veroorzaken. Voedselallergie, voedselintolerantie en andere voedselovergevoeligheden zijn qua definitie verschillend, maar worden vaak door elkaar gebruikt. Om hier wat meer duidelijkheid over te scheppen vroegen we orthomoleculair therapeute Karlijn Hoebe om opheldering. Want met de juiste kennis op zak, kun jij gericht aan de slag gaan met je klacht. 

Voedselallergie of voedselintolerantie? Dit is het verschil

Karlijn: ‘Bij een directe voedselallergie is er sprake van een abnormaal sterke reactie van het afweersysteem op eiwitten in ons voedsel. Vrijwel alle voedingsmiddelen van plantaardige en dierlijke oorsprong bevatten eiwitten. De eiwitten die een reactie veroorzaken, noemen we allergenen. Deze eiwitten worden door het lichaam als indringers gezien en moeten onschadelijk worden gemaakt. Het lichaam reageert daarom met het vormen van antistoffen. Bij een directe allergische reactie noemen we dit IgE antistoffen.

Klachten

De klachten bij een voedselallergie zijn individueel bepaald. Iedereen heeft zijn eigen, specifieke klachten. Na inname van een bepaald voedingsmiddel treden steeds dezelfde klachten op. Bij een voedselallergie kan een heel klein beetje van het voedingsmiddel al een reactie uitlokken. Typische klachten van een acute allergische reactie zijn: roodheid, galbulten, jeuk, misselijkheid, braken, diarree en bloeddrukdaling. Wanneer je deze klachten ervaart is het belangrijk om contact met je huisarts op te nemen. Bekende voedselallergieën zijn kippenei-allergie, koemelk-allergie, pinda-allergie, soja-allergie en tarwe-allergie.

Allergieën bij kinderen

Een directe voedselallergie komt bij zo’n 5-7 procent van de zuigelingen en jonge kinderen voor. Dit is vaker dan bij volwassenen, waarbij een voedselallergie zo’n 2-3 procent voorkomt. De darmen en het afweersysteem zijn op jonge leeftijd nog niet volledig ontwikkeld, waardoor het kan voorkomen dat eiwitten nog niet goed zijn afgebroken. Deze wat grotere eiwitdeeltjes worden in het bloed opgenomen en kunnen dan een voedselallergie veroorzaken.

Voedselintolerantie

De officieel gedefinieerde term voor voedselintolerantie is een niet-allergische voedselovergevoeligheid. Dat wil zeggen dat ons afweersysteem niet betrokken is, maar dat de reactie via een andere weg plaatsvindt. Lactose intolerantie is hier een goed voorbeeld van. Bij lactose intolerantie is er een tekort aan het enzym lactase om de lactose goed af te breken in de darmen. We spreken dus niet van lactose allergie. Wél kan het zo zijn dat er sprake is van een allergische reactie op het koemelk eiwit, caseïne. Waar er bij een allergische reactie al een reactie ontstaat op kleine hoeveelheden van het allergeen, is er bij een voedselintolerantie vaak sprake van een drempelwaarde. Dit is de grens waarbij er klachten ontstaan, en die is voor iedereen anders.

Voedselovergevoeligheid

Naast voedselallergieën en -intoleranties bestaan er ook andere vormen van reacties van het immuunsysteem op voeding. Dit worden ook wel sensitiviteiten genoemd, zoals glutensensitiviteit of immuunreacties waarbij de antistof IgG ontstaat. IgG reacties ontstaan vaak wanneer de darmwand niet optimaal functioneert door een verhoogde doorlaatbaarheid. Dit wordt ook wel hyperpermeabele darm of ‘lekkende darm syndroom’ genoemd. Door de te grote doorlaatbaarheid komen er te grote deeltjes in het bloed terecht, waar het immuunsysteem vertraagd op reageert. Dat kunnen stoffen zijn die afkomstig zijn van de meest uiteenlopende voedingsbronnen, variërend van groente, fruit, noten, zaden, vlees, vis, gluten, zuivel etc. Voedingsmiddelen die in principe gezond zijn, maar niet als je er een reactie op vertoont.

Trigger food

Een igG reactie wordt in de volksmond ook wel ‘voedselovergevoeligheid of voedselintolerantie’ genoemd. Typerend voor zo’n overgevoeligheid is dat de symptomen vaak pas een paar uur of zelfs dagen na het innemen van een trigger food optreden. Dit maakt ze heel moeilijk te identificeren. De enige manier om dan nog te achterhalen voor welke voeding je overgevoelig bent, is door een bloedonderzoek te doen waarbij op de aanwezigheid van IgG-antigenen wordt getest.

IgG reactie testen

Als jij last hebt van één of meer van onderstaande klachten, maar ook als je geen specifieke klachten hebt, dan doe je er goed aan een voedselintolerantietest te doen. Daarbij wordt er gekeken naar de hoogte van de igG antistoffen. Een verhoogde igG reactie kan namelijk ongemerkt tot ontstekingen in het lichaam leiden. En die zijn niet alleen schadelijk voor de korte termijn, maar hebben ook een negatief effect op de lange termijn. Als je immuunsysteem doorlopend wordt geactiveerd, verzwakt dit je natuurlijke weerstand en ben je vatbaarder voor virussen, bacteriën en ziekten. Heb je last van een of meer van deze klachten? Laat dan een voedselintolerantietest doen. 

• Opgeblazen gevoel
• Winderigheid
• Buikpijn of buikkrampen
• Chronische diarree of constipatie
• Misselijkheid
• Oprispingen
• Brandend maagzuur
• Hoofdpijn of migraine
• Huidproblemen (atopisch eczeem, acne, psoriasis)
• Overgewicht
• Gewichtsschommelingen
• Prikkelbare darmsyndroom
• Reuma, pijnlijke gewrichten

Ondersteuning nodig?

Wil je uitzoeken of er bij jou sprake is van een voedselovergevoeligheid? En wil je weten welke voeding wel/niet geschikt voor jou is en welke supplementen ondersteunend werken? Als orthomoleculair therapeut kan ik aan de hand van je klachtenbeeld en – indien nodig – aanvullend laboratoriumonderzoek een persoonlijk adviesplan opstellen en je begeleiden in het toepassen ervan. Ik heb een praktijk voor orthomoleculaire therapie in Amsterdam, maar bied mijn diensten ook online aan. Bij een aanvullende zorgverzekering voor orthomoleculaire geneeskunde komen consulten in aanmerking voor vergoeding. Kijk voor meer informatie op karlijnhoebe.nl.’