Hoe zullen mensen jou herinneren? Heb je geleefd zoals je wilde leven? Heb je lief gehad? Wat laat je achter? Hopelijk is je een lang leven gegund, maar stel je voor dat het opeens voorbij is. Susanne Duijvestein is zelfstandig begrafenisondernemer en wordt dagelijks geconfronteerd met de dood. Daardoor staat ze juist midden in het leven. In dit artikel vertelt Susanne over Döstädning ofwel death cleaning. Dit is een Zweeds gebruik waarbij je al jouw materiële bezittingen tegen het einde van je leven bewust ordent. Je voorkomt daarmee dat jouw nabestaanden door een pijnlijk proces moeten gaan.
Opruimen voor je dood gaat: de Zweedse kunst van döstädning
Susanne: Als tiener besloot ik in een schoolvakantie om wat kasten op te ruimen met oude meuk. Voortvarend ging ik aan de slag. Soepel maakte ik onderscheid tussen dingen die er kostbaar uitzagen en dingen die prima weg konden. Na haar werkdag kwam mijn moeder thuis en trots liet ik haar een opgeruimde kast zien. En hoe fijn, ik had ook meteen alles afgevoerd naar de containers! Er verschenen tranen in haar ogen. De muffe blauw gestreepte badjas die er al jaren hing, tot die middag dan, bleek van mijn opa te zijn geweest. Mijn moeders vader, die stierf toen ze dertig was. Mijn puberbrein produceerde nog een reactie in de sfeer van ‘nou en, je deed er toch niks mee?’, maar diep van binnen besefte ik me terdege dat ik mijn moeder iets had ontnomen. Een emotioneel waardevol erfstuk. En dat kon ik niet meer terugdraaien.
Spark of död
Nog steeds ben ik vrij rigoureus met spullen weggooien. Ik ben niet gehecht aan materiële dingen, roep ik dan heel stoer tegen mijn man. Met eens per jaar een flinke voorjaarsopruiming voel ik me als herboren. In de Marie Kondo hype hoef ik weinig uit te leggen over deze spark of joy. Maar ik las ook eens over een edele kunst uit Zweden met een diepere betekenis: döstädning. Döstädning, death cleaning, is het gebruik om tegen het einde van je leven je materiële bezittingen te gaan ordenen. Je voorkomt dat je je nabestaanden opzadelt met een hoop zooi. Want reken maar dat dat een enorm karwei is. Als begrafenisondernemer maak ik het vaak genoeg mee dat kinderen er maanden over doen om het ouderlijk huis op te ruimen. Alsof ze niet al genoeg aan hun hoofd hebben. En er niet al genoeg chaos is. En onderhuids opgehoopte spanning. Het wordt altijd zwaar onderschat.
Opruimen voor je doodgaat
Dit ooit onvermijdelijke werk kun je voor jouw geliefden lichter maken. Nu al. Want het is nooit te vroeg om je van je rommel te ontdoen. Hier spreekt althans de Zweedse evenknie van het opruimen: Margareta Magnusson. En je raadt het al: ze heeft er een boek over geschreven. Opruimen voor je doodgaat is een praktische gids die je helpt inventariseren wat écht belangrijk is, om zo comfortabel en stressvrij mogelijk met je bezittingen om te gaan. Ontspullen dus. Magnusson raadt aan om te beginnen met een categorie spullen die je weinig moeite kost, zonder al te veel sentimentele waarde. Die ga je verkopen, weggeven of weggooien. Daarna bouw je op naar spullen met meer gevoelswaarde. Strategie: houd alleen die dingen waar je nabestaanden echt gelukkig van worden.
Een ritueel en de dood
Naast de praktische betekenis is döstädning ook een ritueel om te reflecteren op je leven. Of dat nou binnenkort op zijn einde loopt of nog lang niet. Wat laat je achter aan materiële bezittingen als je er zelf niet meer bent? Wat zegt dat over jou? Door de erfstukken te scheiden van de rommel, orden je ook de waardevolle herinneringen. Op een lichtvrolijke en ook intieme manier bespreekt Magnusson het proces van herinneren, ouder worden en de dood. Ze introduceert döstädning hiermee als een methode om al het geluk te vieren dat een mens in een leven verzamelt.
Voor ieder een stapeltje
Het doet me denken aan een jonge vrouw wiens uitvaart ik ooit begeleidde. Zo daadkrachtig en georganiseerd als ze was als zakenvrouw, zo gestructureerd was ze alles aan het voorbereiden op haar nabije dood. In de laatste fase van haar leven ging ze door haar hele huis om spullen te verdelen en toe te wijzen aan haar dierbaren. Op zolder lagen stapels voor haar kinderen, familieleden en vrienden. Met begeleidende briefjes. En zelfs vanuit haar sterfbed gaf ze nog grinnikend opdrachten om toch nog dat ene ding op dat stapeltje voor die te leggen. En gaf ze haar vriendinnen alvast speciale spullen om te koesteren. Maar hoe mega goed georganiseerd iemand ook is: het blijft een enorme kluif voor nabestaanden om alles af te wikkelen. Het wordt altijd onderschat. Zeker na een slopend ziekteproces, dat veel mantelzorg heeft gevraagd, zijn het de laatste reserves energie waaruit geput moet worden. Döstädning is dus zeker niet zaligmakend, er blijft een hoop geregel en geruim achter voor je dierbaren. Maar alle beetjes helpen.
Bezield
Bij iemands overlijden is er nog een andere mooie manier van ontspullen. Alle mensen koesteren ergens een liefde voor. Wat zich bij veel mensen uit in een verzameling van iets. Boeken, keukenspullen, gereedschap, lappen stof, handwerkjes. Het is een mooi symbolisch idee voor de uitvaart om dit persoonlijke erfgoed te verdelen onder de mensen. Als herinnering. Intussen vraag ik mij af wat mijn dochter ooit waardevolle spullen zal gaan vinden. Foto’s natuurlijk, hoewel die in haar tijdperk allemaal digitaal zijn, best jammer eigenlijk. Mijn ringen. De houten kistjes. Zijden bloesjes. Een wollen jas. Porselein. Bezielde spullen, van kostbare materialen. Spullen die mensen overleven. Eigenlijk ook precies waar ik me in mijn leven mee wil omringen. In plaats van die Zweedse spullen.