Mogen we je voorstellen aan Elnaz Bahrami? Samen met haar team runt ze Venkel, een populaire biologische saladebar in de Amsterdamse Pijp. Zelf zijn we dol op de maaltijdsalades die Elnaz er elke dag vers maakt. Vanaf vandaag gunt ze ons een kijkje in de Venkel keuken. Dit is haar eerste blog over hoe je de perfecte salade maakt.
De perfecte salade in 5 stappen
Bij Venkel krijgen we vaak de vraag hoe wij onze salades bedenken. Uiteraard bieden ervaring en kennis een zee aan mogelijkheden, maar de basis van iedere salade is in feite nog altijd simpel. Begin gewoon bij de ware smaak van een ingrediënt. Vind je dat lastig? Dan geef ik je graag van houvast. Met deze 5 stappen lukt het je om de perfecte salade te maken.
1) Kies je bladgroenten
IJsbergsla is fris en knapperig, eikenblad wat romiger en voller, rucola wat steviger en bitterder etc. Het geeft de salade de frisheid die je verwacht, een neutraliserende basis en houdt het geheel bij elkaar.
2) Kies je groenten
Rauw of kort gekookt, maar je kan ze ook uit de oven of van de grill in de salade doen. Van komkommer tot rammenas…the sky is the limit! In het begin zal je misschien nog niet heel gek durven doen, of weet je niet hoe je iets moet bereiden. Kies dan 3 groenten, waarvan er één een andere keuze is dan je standaard go-to groentes. Wellicht iets spannender qua smaak en bereiding (even in de oven met olie/zout/peper is al heel spannend).
3) Kies een peulvrucht
Maak een keuze uit bijvoorbeeld bonen, erwten of linzen. Hiermee lift je de salade tot een maaltijd en haal je hem uit de ‘rauwkost’ zone. Als het je in het begin nog even te veel is, kan je ze gekookt in blik kopen. Let er dan wel op dat er verder niks bij zit behalve water. Maar wil je echt shinen, koop ze gedroogd, wel ze van te voren en kook ze in zout water. Je weet niet wat je proeft!
4) De dressing
De dressing maakt van een schaal bij elkaar gegooide ingrediënten, één samenhangende maaltijd. De truc? Niet zomaar een paar scheuten eroverheen gooien, maar je ingrediënten er echt goed mee inmaken. Met andere woorden: Husselen, husselen en nog eens husselen. Elk ingrediënt, blokje, blaadje moet omringd zijn met een laagje dressing.
En de dressing zelf? Daar kunnen we natuurlijk een apart hoofdstuk aan wijden, maar ook hierbij is de basis simpel. Een vinaigrette bestaat uit 1 deel azijn en 2 delen olie. Net de soort die je lekker vindt. Wil je er meer smaak aangeven? Voeg wat mosterd of specerijen toe of maal er een rode ui doorheen. Een simpele basis die je stapsgewijs en naar eigen smaak kan uitbreiden.
5) Aanvulling
Probeer een kaas voor een romige- of juist ziltige smaak. Noten en zaden geven het knapperigheid en een variatie van structuur tussen je tanden. En wil je de carnivoor aan tafel tegemoet komen, voeg er een stukje vis of vlees aan toe. En dan pas (niet geheel onbelangrijk!) de verse kruiden. We moeten hoog nodig af van de gedroogde varianten in potjes. Wat mij betreft gaan we richting ‘stukjes gras’ in huis. Pluk erop los. Het staat mooi, ruikt lekker en het worden de aroma’s van je salade die je met elke hap meenemen op reis. Probeer het. Je kan het!
*additioneel: Fruit toevoegen
Persoonlijk ben ik een fan van fruit, het is één van de meest verrassende smaakexplosies die je kan ervaren in een hap. Afhankelijk van de zuurgraad of zoetigheid zet je je smaakpupillen weer even op scherp.
