Groene valleien, een jungle waar het overal ritselt en watervallen die een eindeloze soundscape van stromend water vormen. Costa Rica is één groot bad van kleur en vitaliteit. Zelfs de lucht is er levendig: rijk aan micro-organismen en plantenstoffen die je zenuwstelsel kalmeren. Geen wonder dat je hoofd in dit landschap vanzelf stiller wordt en je zintuigen zich openen. Holistik’s Karlijn ging op reis en ontdekte hoe Costa Rica haar in no-time onderdompelde in het Pura Vida ritme.
Costa Rica: hoe wakker worden in de jungle je zenuwstelsel tot rust brengt
Na een lange reis van 15 uur vanuit Amsterdam kom je aan in een land dat qua oppervlakte ongeveer net zo groot is als Nederland, maar waar de natuur eindeloos lijkt. De voertaal in Costa Rica is Spaans en de bevolking, zo’n 5,4 miljoen mensen, staat bekend om haar gastvrijheid en ontspannen levenshouding. Sinds 1948 heeft Costa Rica geen leger meer. Zo ontstaat er ruimte voor grotere investeringen in onderwijs en natuurbehoud. Meer dan een kwart van het land is inmiddels beschermd gebied. Het motto Pura Vida (letterlijk: ‘puur leven’) is hier overal voelbaar. Het is zowel een groet als een levenshouding die draait om eenvoud, aanwezigheid en waardering voor het moment. Die Pura Vida-mentaliteit voel je direct als newbee en bezorgde Costa Rica tevens een plekje in de lijst van gelukkigste landen ter wereld. De combinatie van overweldigende natuur en die typische Pura Vida-vibe maakt het tot een van de populairste vakantiebestemmingen van dit moment. Het toerisme draait voornamelijk op wellness, birding (vogels spotten) en corporate reizigers. Zo positioneert het land zich als hotspot voor iedereen die ontspanning, avontuur en welzijn graag combineert.
Geen standaardroute
Deze roadtrip neemt je niet mee langs de klassieke toeristische paden (zoals La Fortuna, Monteverde en Manuel Antonio). Verwacht eerder plekken waar zowel natuur als cultuur nog in authentieke staat verkeren. Van koffiedorpen in de Orosi-vallei tot vogels spotten in het nevelwoud van San Gerardo de Dota, en zwemmen bij indrukwekkende watervallen.
Verschillende klimaten
Met ruim 200 vulkanen, nevelwouden, tropische regenwouden en kusten aan zowel de Caribische zee als de Stille Oceaan is Costa Rica een land van contrasten en diversiteit. ’s Ochtends word je wakker in de koele mistige bergbossen en ’s middags neem je na een stuk rijden een duik in 30C warm oceaanwater. De vele beekjes, watervallen en regenbuien tijdens het ‘green season‘ creëren een kalmerende soundtrack; alsof de natuur een resetknop indrukt en jij met haar mee beweegt. Maar voordat je die resetknop officieel indrukt, begint de reis voor de meesten in het bruisende San José.
San José: Otoya & Barrio Escalante
San José is misschien geen wereldstad, maar heeft wel een eigen karakter. Koloniale gevels, neoklassieke theaters en moderne winkelstraten wisselen elkaar af. Het leven speelt zich verder voornamelijk buiten af. Wie de tijd neemt, ontdekt wijken als Otoya, waar street art en koffiezaakjes het straatbeeld bepalen. Hier vind je ook Tienda Eñe, een frivole shop met kleding, sieraden, tassen en kunstobjecten van Costa Ricaanse ontwerpers. ’s Avonds verlegt de focus zich naar Barrio Escalante, het culinaire hart van de stad, waar restaurants en barretjes bruisen van de creativiteit.
Voor wie in San José wil overnachten is Hotel Grano de Oro een aanrader: een boutique-hotel in een omgebouwde Victoriaanse villa die charme ademt midden in de stadsdrukte.
Eten doe je bijvoorbeeld bij Apotecario, een hip fusion-restaurant dat werkt met seizoensgebonden ingrediënten, verrassende plantaardige gerechten en zelfgebrouwen kombucha. In de Mercado Central proef je vervolgens de traditionele Costa Ricaanse keuken. Hier staan overal kleine sodas (eethuisjes) die klassiekers serveren, zoals gallo pinto – een ontbijt van rijst en zwarte bonen met kruiden – en casado, een bord vol rijst, bonen, salade, bakbanaan en vlees of vis. Ook cultuurliefhebbers komen aan hun trekken met musea als het Museo del Oro Precolombino, het Museo del Jade en het Museo Nacional, gevestigd in een oud fort met een rustige binnentuin.
Irazú, Orosi en Tapanti National Park
Wie vanuit San José vertrekt, rijdt in anderhalf uur omhoog naar de Irazú-vulkaan. De weg slingert door mistige bergdorpjes en koffieplantages, totdat je uitkomt op de top: een surrealistisch maanlandschap met kraters. Na deze pitstop daal je weer af richting de Orosi-vallei, een van de groenste regio’s van Costa Rica. Hier kronkelt de Río Orosi rivier sereen door het landschap, omringd door tropisch bos en tjilpende vogels. In het dorp Orosi proef je de lokale koffiecultuur (bijvoorbeeld bij 1743 Cafetaria), wandel je langs de oudste kerk van Costa Rica en trap je een balletje op het centraal gelegen voetbalveld voor de kerk.
Vlakbij ligt het Tapantí National Park, een nevelwoud waar vochtige oceaanlucht tegen de bergen condenseert en een mysterieuze mist vormt. Een zogenaamd cloud forest zoals dit is permanent vochtig, waardoor varens, orchideeën en mossen weelderig over elkaar heen groeien. Het park is zeer in trek bij wandelaars en vogelliefhebbers; langs de modderige paden hoor je af en toe brulapen in de verte en spot je met wat geluk kleurrijke vogels tussen het weelderige bladerdak. Ontprikkelen kan daarna in Hacienda Orosi; een natuurlijke warmwaterbron midden in het dal met uitzicht over de Orosi-vallei. Hier geven een aantal thermale baden met mineraalrijk warm water jou een energetische cleanse met behulp van de elementen.
Paardrijden in Orosi
Een originele manier om deze regio verder te verkennen is te paard. In de bergen boven de Orosi-vallei, bij Finca Queveri, kun je onder begeleiding van lokale gidsen een trektocht maken. Paardrijden is in Costa Rica een populaire manier om meer van het land te zien: veel routes lopen dwars door natuurgebieden die je anders niet gemakkelijk bereikt, en onderweg kom je nauwelijks verkeer tegen. Bovendien is het geschikt voor (bijna) iedereen, ook zonder ervaring; de paarden zijn goed getraind en de tochten worden aangepast aan het tempo en niveau van de ruiter. Het ritme van de hoeven en de geur van een meestal vochtig bos maken dit tot een bijna meditatief uitje.
Nevelwoud en quetzals
Wie verder omhoog reist naar San Gerardo de Dota, komt terecht in het volgende nevelwoud. Mistflarden hangen tussen de bomen en de lucht wordt koeler. Hier leeft de quetzal, een van de meest indrukwekkende vogels van Midden-Amerika. Tijdens een vroege ochtendwandeling net voor zonsopgang is de kans het grootst dat je ‘m ziet: felgroene veren, lange staartpluimen en een sierlijke vlucht door de vallei. Het gebied rond de Savegre-rivier is bovendien (wederom) een paradijs voor wandelaars en vogelliefhebbers.
De quetzal voedt zich voornamelijk met kleine wilde avocado’s; hij slikt de vrucht in één keer door en spuugt de pit later weer uit, waarmee hij helpt het woud te vernieuwen. In de mythologie van de Maya’s en Azteken gold deze vogel als symbool van vrijheid en goddelijke schoonheid; zijn veren waren heilig en mochten nooit van een levende vogel worden genomen. Vanuit Trogón Lodge (geweldige accommodatie; stijlvol, lekker eten en het ligt afgelegen waardoor je het idee hebt dat de mensheid hier stopt – wonderlijke ervaring) in San Gerardo de Dota vertrekken dagelijks vogeltochten en hikes, en is de kans groot dat je de quetzal zelf spot tussen de avocadobomen.
Uvita en de Stille Oceaan
Aan de Pacifische kust van Costa Rica, in het centrale kustgebied, ligt Uvita, bekend om Marino Ballena National Park. Het park heeft een strand in de vorm van een walvisstaart en is beroemd vanwege de bultruggen die hier in de zomermaanden kalven. Het zeewater is aangenaam warm, gemiddeld rond de 28 °C, waardoor het het hele jaar door ideaal is om te zwemmen of surfen. Vanuit het dorp vertrekken dagelijks boottochten van zo’n drie uur naar het nationale park, waar je oog in oog kunt komen te staan met walvissen en dolfijnen. De omliggende stranden zijn rustig, met kleine surfspots en baaien waar je tot zonsondergang kunt blijven dobberen. Ook Jacó, dat eveneens in het centrale Pacifische gebied ligt, en Tamarindo in het noordelijke Pacifische gebied, trekken surfers en reizigers aan die houden van diezelfde relaxte strandvibe, zonder schreeuwerige beachclubs.
Nauyaca-watervallen
Niet ver van Uvita stromen de Nauyaca-watervallen, een van de mooiste natuurattracties van Costa Rica. Twee brede watertrappen storten zich hier meer dan 60 meter naar beneden in turquoise poelen waar je in kunt dobberen. Het pad ernaartoe is een fijne hike op zich. Wie aandachtig luistert, merkt al gauw het toenemende volume van het kletteren van het water op. Een ervaring die je even stil maakt vanwege de overweldigende schoonheid van onze aarde.
The Retreat Costa Rica
Costa Rica is intussen ook uitgegroeid tot een van de meest geliefde wellness-bestemmingen ter wereld. Een plek die dit bevestigd is The Retreat Costa Rica bij Atenas. Hier komen yoga, detox, meditatie en farm-to-table maaltijden samen in een boutique setting in de bergen. Het is een plek waar special (self)care en je energievoorraad aanvullen hand in hand gaan. Ideaal om een actieve trip door de jungle van Costa Rica mee af te sluiten, want grote kans dat wie bij The Retreat verblijft, een aantal dagen geen stap buiten de poorten van het terrein zet. Lees hier meer over Diana Stobo, founder van The Retreat, en één van haar recepten; glutenvrije quinoa choco-cake. Meer beeldmateriaal van mijn bezoek aan Costa Rica en specifiek aan The Retreat vind je in deze feed-post.
Camino de Costa Rica
De Camino de Costa Rica is een pelgrimsroute van zo’n 280 kilometer die de Caribische kust met de Pacifische oceaan verbindt. De tocht wordt doorgaans in 12 tot 15 dagen afgelegd en leid je door regenwouden, koffieplantages en afgelegen dorpen. Overnachten doe je bij lokale families of in eenvoudige eco-lodges. Aanraders zijn Sueños del Bosque Lodge in San Gerardo de Dota, met uitzicht op quetzals in de ochtend, en La Carolina Lodge in de Tilarán-bergen, waar houtvuren en rivierbaden de avond vullen. De Camino is een reis door het land én naar binnen, waarin je stap voor stap het motto Pura Vida je eigen maakt.
Beste reistijd en praktische tips
De populairste reistijd voor Costa Rica is het droge seizoen van december tot en met april. In juli en augustus valt vaak een korte droge periode midden in het green season, waardoor deze maanden ook in trek zijn. De grootste kans op walvissen spotten is tussen december en maart (met een piek in augustus en september).
De meeste internationale vluchten komen aan op Juan Santamaría International Airport bij San José. Vanuit Nederland reis je meestal met een overstap, bijvoorbeeld in Parijs of Panama. Binnenlandse vluchten, bijvoorbeeld naar La Fortuna of de kust bij Liberia, besparen veel reistijd en zijn goed te combineren met een huurauto.
Voor vrijwel alle nationale parken is het verplicht om tickets vooraf online te kopen via SINAC. Voor toeristen kosten entreekaarten meestal 10 tot 15 dollar. Inwoners van Costa Rica betalen minder, een regeling die het land toegankelijk maakt voor de lokale bevolking. Een praktische tip is de iOverlander-app: handig voor wie wil kamperen of reizen buiten de gangbare manieren. En vergeet niet het lokale fruit te proeven, zoals peach palm, of de iconische Lizano-salsa over je rijst met bonen heen te sprenkelen die in elk huishouden op tafel staat. Kijk voor meer (reis)informatie op visitcostarica.com.
Mis nooit meer iets van Holistik!
Schrijf je in voor onze newsletter & never miss a single story.Ja, houd mij op de hoogte!
Foto’s: onder andere Visit Costa Rica
